Begur
Begur is een prachtig, kleurrijk dorp dat net iets landinwaarts tegen een heuvel ligt aangebouwd. Bovenop de heuvel staan de overblijfselen van een kasteel, inclusief verdedigingstoren die in de 16e eeuw door de bevolking zelf is gebouwd als bescherming tegen piraten. Als je vanuit de richting Palafrugell komt ontvouwt zich dit prachtige plaatje voor je: het dorp aan de voet van het kasteel met de Middellandse Zee en de Illes Medes op de achtergrond. Een waanzinnig uitzicht!
In de smalle straatjes rondom het centrale plein staan veel grote, statige huizen, gebouwd door bewoners die in de 19e eeuw hun rijkdom hadden gezocht en gevonden in Cuba en die waren teruggekeerd naar hun oude dorp. De band met Cuba wordt nog steeds ieder jaar uitbundig gevierd tijdens het Fira d’Indians het eerste weekend van september. Het hele dorp kleurt wit (dus als je plannen hebt, vergeet de witte kleding niet :-)), de straten zijn gevuld met kraampjes vol Caribische producten en er is vooral heel veel (Cubaanse) muziek. En habaneras natuurlijk (letterlijk vertaald: liederen uit Havana).
Wij slaan ons bezoekje aan Begur nooit over. Zelfs niet in het hoogseizoen. Maar dan zou ik wél in de ochtend gaan, is ’t ook nog niet zo warm. Kopje koffie op het plein, lekker dwalen door de smalle straatjes, rondsnuffelen in de gezellige winkeltjes, eventueel een klim naar het kasteel en als de winkels sluiten, lunchen bij El Tapas de Begur, een van onze favoriete tapas tentjes. Aansluitend zou je nog de auto kunnen pakken naar Sa Tuna of Sa Riera – de twee kleine picture perfect strandjes ‘van’ Begur op zo’n 5 minuten rijden. Als je echt op het strand wil liggen kan je beter naar Sa Riera. Zelf vinden we Sa Tuna mooier, maar het strand daar is piep. In beide dorpjes kan je lekker eten en drinken met uitzicht over zee. Dus wat dát betreft maakt het niet uit!